Hoe verder als ik er niet meer ben?

Hoe kan een kind met een verstandelijke beperking verder met zijn leven gaan wanneer zijn ouder niet meer voor hem kan zorgen?

Voor een ouder met een kind met een verstandelijke beperking komt er een tijd dat hij of zij niet meer voor zijn kind kan zorgen of de nodige aandacht kan geven, enerzijds door lichamelijke of psychische gebreken of anderzijds doordat de ouder zelf is overleden. Dit zijn onvermijdelijke situaties die in het verschiet kunnen liggen. Het kind kan in deze situatie nog in het ouderlijk huis wonen of is reeds ondergebracht in een woonvoorziening van een stichting.

In het kader hiervan kunnen allerlei vragen naar boven komen:

  • Krijgt het kind nog wel de zorg en begeleiding die het nodig heeft?
  • Wie komt er nu op voor het kind wanneer het moeite heeft zich te uiten?
  • Wie neemt de zorg voor het kind over en begrijpt diegene het kind wel voldoende?
  • Hoe gaat de ouder om met zijn onvermogen om voor het kind te zorgen?
  • Hoe versterkt de ouder zijn vertrouwen in een andere verzorger?
  • Hoe kan de ouder het kind krachtiger in het leven laten staan?

Dit zijn belangrijke vragen, mede omdat een kind met een beperking tijdens de jeugd en in zijn volwassen leven immers veel afhankelijker is van de zorg van de ouder(s) dan een kind zonder een beperking.

Wanneer een ouder behoefte heeft aan een klankbord of een sparringpartner en zijn band met zijn kind of partner wil versterken, dan kan Life-Coaching of Relatiecoaching helpen.

Kijk op de pagina “oudercoaching” voor meer informatie.

Reacties zijn gesloten.